Pauls Post
04-10-2011 / 11:07

Het retro-excuus

‘Met het secretariaat van de burgemeester.’’

‘Met Peter Wollig, mevrouw, ik wil de burgemeester even spreken.’

‘Dat kan niet, meneer. Kijkt u maar op onze website: gespreksverzoeken uitsluitend op aanvraag en op afspraak. Ik kan u wel een formulier …’

‘Mevrouw, zegt u de burgemeester maar dat het partijbureau hem wil spreken.’

‘Met Aleid Wolfsen, partijnummer …’

‘Laat maar Aleid, Peter Wollig hier. Het partijbestuur heeft me gevraagd even met je mee te denken over dat zaakje in De Leidse Rijn. Dat gaat niet goed, vinden we hier. Heb je al een idee hoe je het gaat aanpakken?’

Nou, ik dacht erover om in de gemeenteraad op de toer te gaan van wat-kunnen-we-hiervan-leren, vooruit-kijken en dat soort dingen.’

‘Hum.’

‘Niet goed? Heeft het partijbestuur andere ideeën? Ik ben echt niet van plan om mijn excuses aan te bieden. No way. Dan kan ik wel bezig blijven.’

‘Welnee Aleid, daar gaat het helemaal niet om. We moeten de zaak sussen. Verder niks. Ik aarzel wat bij je aanpak. Iedereen doet dat tegenwoordig, lessen-leren. Trouwens, wees reëel, valt er iets te leren? Ik zit even te piekeren, Aleid, maar wat zou je ervan vinden als we eens helemaal retro gaan? Ja, ha ha, nu ik er verder over nadenk, dat is helemaal lachen. Weet je wat je moet doen: je biedt wel je excuses aan.’

‘Excuses aanbieden? Ik zou niet eens weten hoe dat moet.’

Deemoedig, maar ferm

‘Als ik zeg retro, bedoel ik ook retro, man. Jaren tachtig, negentig, weet je nog. Eerst de zaak waar het over gaat, onherkenbaar maken. Je begint met veel feiten te noemen en trekt daaruit enige nietszeggende conclusies waarover je verklaart: ik aarzel niet te zeggen dat ik dat in de toekomst precies weer zo zou handelen. Je kunt daar nog iets aan toevoegen als ‘de burgers verwachten dat ook van me’, desnoods aangevuld met een verwijzing naar de vele adhesiebetuigingen die je ook hebt ontvangen.’

‘Adhesiebetuigingen…?’

‘Laat maar. Dan noem je drie, vier punten, heel algemeen geformuleerd, waarvan je deemoedig, maar toch ferm zegt dat die ‘anders hadden gekund en wellicht anders hadden gemoeten’. Even opletten nu, Aleid. O je schrijft mee? Prima. Praat ik niet te snel? ‘Anders hadden gekund en wellicht hadden gemoeten’, heb je het? Dat herhaal je bij elk punt. Noteer ook even: niet knipperen met je ogen.’

‘Ja, ik heb het. En dan?’

‘Dan pakken we door en schakel je van de gelouterde bestuurder over op de geblesseerde ziel. Ik hoorde laatst een tekst die me erg aansprak: ik heb er pijn in mijn buik van. Vind je dat iets? Maakt niet uit, ik zeg: doen!’

Slecht slapen

‘Is dat het? Dat pikken ze niet, Peter. De aasgieren in de raad en dat gajes op de tribune pikken dat nooit. Ik moet zeker die homo’s ook een handje geven? Nou, aan me …’

‘Uiteraard. Daar begin je mee. Niet zaniken, Aleid, ik heb nog meer partijgenoten te bellen vandaag. De crux komt pas halverwege de vergadering. Natuurlijk pikt niemand jouw verhaal. Gewoon volhouden, ik zou zeggen tot halverwege de middag. Dan breek je zogenaamd en roep je emotioneel dat ‘je er heel slecht van hebt geslapen.’ Daar zit iedereen op te wachten. Het is natuurlijk een excuus van het jaar nul, maar alles bij elkaar opgeteld zal de men dat zien als een knieval.’

‘Jemig, Peter, geniaal! Ze moesten je partijvoorzitter maken! Oh nee, dat heb ik niet gezegd. Heb je nog andere suggesties?’

‘Nee, jezelf zijn. Zuinig mondje, zuur, gekwetst, komt zeer naturel over: de autoriteit die niet wil toegeven. Helemaal retro! Lachen! Succes jongen, tot de volgende keer.’     

Paul Verburgt 

Reageren
naam:
emailadres:
reactie:
code
Voordat u uw reactie kunt plaatsen dient u het hiernaast afgebeelde 4 cijferige getal in te vullen. Dit i.v.m. de vele spam die we op dit moment ontvangen.